He manne komp ik van de week thuis met een goeie sloot bier in mijn lijf staat Kee in de deur me op te wachtuh met een soort van rol in haar klauwiere, ik denk gelijk kijk uit Kees effe me koker naar de wind stelle en kijke wat ze daar in haar pote hebt en so Kees het sag was het een soortement van een papieren rol met ene rooie lint er om, en niet de deegrol om me op me harsens te timmeren om dat ik weer eens te laat voor het eten was wat trouwens niet te vrete is. Kees zegt se tegen mijn mot je kijke wat ik van je gefonde heb in de kas. Nou wat heb je gefonde Kee seg ik en hou haar in de kiere. Kees jonge zegt se met haar rauwe ontroerde drankstem stem ben je vergete dat je prefester in de Schiemanskunde ben hier in die rol papier een Bul noeme de geleerde heren dat staat het zwart op wit Kees mijn jonge.
Nou Kee seg ik ik was blij dat ik van die univerriesietijd in Vlissingen af was die gaste konne me ook niks meer lere seker weten meid. Maar je peilt de boei niet mis Kee Kees is Lodovicus Adrianus dus gaat Kees in die hoedanigheid wat knopen aan de mate late zien. Ik begin met de verpakkingsknoop een simpel knoopie mar hij doet me an Gerrit zwaargeschapen oftewel Gerrit de Tamp vanwege zijn jullie begrijpe me wel denken. Kees zei die altijd als we in stappak de wal opgingen ik zoek een lekker dikwijf om mee te plompzakken en als ik dan in de haven ben leg ik een verpakkingsknoop in mijn tamp kan ik de hele nacht in haar haven blijve drijve en ze krijgt me er verlopig niet uit. Ja die Gerrit wist et wel en jullie weten het nou ook he hier onder staat de verpakkings knoop ten knopen uit.


En dan nog een knoop manne een hele mooie vin ik de Beulsknoop heet dat liefje, die had ik een keer in het stuurhuis van de Anne met een dikke spijker stevig bove het rad gehange en dach dat wor lachuh voor Kees maar de ouwe de meester en Augie die torn te roer had gaffe geen sjoege ik dach nog Kees de kokers staan verkeert hou het goed in de kiere voor ze je wat flikken. Toen ik een uur later voor mijn wachttorn boven kwam, stonden de ouwe, de meester, Augie en Gerrit in het stuurhuis.
Zo Kees zeid de ouwe tege me je wou ons laten schrikken he met je beulsknoop ik vind hem heel goed geknoopt en nou gaan we hem op jou uit proberen, en hij keek me met die gloeiende zwarte ogen aan. Hij pakte het krukje wat altijd in de brug stond terwijl Augie en Gerrit me me vast grepen en me op het krukje poote vlak onder de beulsknoop die op de lichte deining van de Anne zachtjes heen en weer slingerde ik begon over al me,n ledematen te beven toen de ouwe de strop om me,n nek legde met de knoop achter mijn oor een idiaal oor heb je Kees seid ie tege me.
Eens is je geluk op Kees zegt de ouwe tegen me je haalt steeds maar rotgijn uit en wij zijn het zat dus ga je nu hangen aan je eigen strop. Ik wilde van het krukje afspringen maar begreep dat ik dan me,n eigen dood vonnis zou voltrekken je heb te lang gewach dach ik nog so. Augi en Gerrit de twee hoerelopers hadden mijn handen op me rug gebonden en stonden gemeen naar mijn te lachuh.
Heb je nog wat te zeggen Kees vraagt de ouwe an me en staat met zijn poot klaar om het krukje onder me uit te trappen terwijl hij sadistish naar me lacht.
Ik schreeuw laat me los alsjeblief Kap ik zal het nooit meer doen en ik tril als een geusje in een volle storm.
Te laat Kees zegt de ouwe Gerrit jij mag de kruk weg trappen dan zijn we van hem verlost de treiteraar die hij is.
Dan komt Gerrit en haalt uit met zijn voet ik brul het uit ik voel dat ik een Odol krijgt en naar beneden vallend begin ik in mijn broek vol lenzen.Ieder ogenblik verwacht ik de klap in mijn nek achter mijn oor waar de strop zit maar er gebeurt niks ik donder alleen op het brugdek neer waar ik versuft van de schrik blijf liggen. Als ik mijn ogen open doe kijk ik recht in de lachende gezichten van de ouwe, de meester en Gerrit en Augie.
Je dacht dat het met je gebeurt he Kees zegt de ouwe tegen me. Nou jongen we hebben de grote spijker voor een heel dunnetje vervangen je dacht toch niet echt dat we je op zouden hangen maar misschien dringt het nu in die bottekop van je door dat je niet steeds de pestkop kan uithangen.

Dus manne hier onder de beulsknoop die Kees haast van zijn leven beroofde en dat had Kee niet leuk gevonde want dan had ze geen weekbrief van mijn meer van mijn gehad.