Hoofdstuk 4
De Berging van de Metula
De rede van Valparaiso, hoge bergen op de achtergrond, en een aangename
temperatuur.
Er kwam een bootje aan met de nodige proviand, en onze loods voor de Straat.
Ook kwamen er warme kleren mee, daar de meesten van ons alleen gerekend hadden
op tropische weersomstandigheden, en bij de Kaap momenteel Koning Winter heeste.
Eenmaal alles aan boord ging de reis verder.
Een goeie week later gingen we de Noordelijke ingang van de straat binnen, zeer
imposant, zo tussen de bergen.
De hele week was de temperatuur dagelijks merkbaar gedaald, en nu was het al
ronduit koud!
Op de omringende bergen lag sneeuw, en nadat we een dag tussen de bergen hadden
gevaren, wat erg rustig was, geen deining, werden we opgeschrikt door een
daverende knal!
We waren op een groot stuk ijs gevaren! Een schots ter grootte van een flinke
sloep dreef m'n patrijspoort voorbij, dit was een stuk van een nabijgelegen
gletscher.
Nader inspectie leerde dat de Salvor er geen fatale schade door had opgelopen,
en de reis werd voortgezet.
Enkele dagen later kwamen we aan in Punta Arenas.
Dit is de meest zuidelijke stad van de wereld. Een paar duizend inwoners, en een
lange lospier.
Hier legden we aan, en namen water, brandstof en proviand aan boord voor de
Zwarte Zee, die al bij het Job de “Metula” was.
Eenmaal alles aan boord zetten we de reis voort naar de Zwarte en de Metula.Een
dag later waren we er eindelijk.
Het Job:
De Metula was een mammoettanker van de Shell, die onderweg was van de Perzische
Golf naar de westkust van de States.
De reis van deze tanker had al de nodige vertraging opgelopen, en ze had orders
gekregen van de maatschappij om niet OM de Kaap te varen, maar de aanmerkelijk
kortere route door de straat te nemen, ondanks de gevaren die hieraan verbonden
waren.
De stromen in de “Narrows” kunnen oplopen tot wel 9 mijl, en een tanker van
dat formaat heeft een snelheid door het water nodig van minimaal 7 mijl, dus om
een beetje manoeuvreerbaar te blijven was de Metula met 15 a 16 knopen de
Narrows doorgedenderd!
Dit resulteerde erin dat zij uit de bocht vloog bij de tweede Narrow, en hier
met 15 knopen aan de grond denderde. Het resultaat hiervan was dat bijna heel de
bodem er onderuit lag, en de schroef nog maar een rudimentair stompje was.
Ze had al enige duizenden tonnen van haar lading verloren, en die was door heel
de straat aan de kust gedreven.
Aan ons de taak, om de Metula leeg te pompen in een andere tanker, haar weer
drijvend te maken, en af te voeren naar de sloop.
Bij de Metula aangekomen gingen we opzij bij de Zwarte, en gaven Post, proviand,
water en brandstof over.
De Kapiteins, Jaap Slotboom van de Zwarte, en Bolle Piet van de Salvor, en
bergingsleider Hans Walenkamp overlegden onder het genot van een borreltje de
situatie en maakten een plan de campagne.
Er werden pompen overgezet op de Metula, en ander bergingsmateriaal. Enfin het
werd een drukke tijd.
Besloten werd, dat de Zwarte bij de Metula zou blijven, en de Salvor het
boodschappenbootje zou worden.
Zodoende kregen we de tijd om het stadje Punta Arenas eens beter te verkennen.
Dit leidde nog tot wat spannende situaties, want in Chili was pas de revolutie
geweest, en president Allende afgezet. Dus heerste er nog een avondklok tot 10
uur ’s avonds.
Na die tijd werd je, als je op straat kwam in je nek gegrepen en in de bajes
geslingerd!!!!
Om 6 uur ’s morgens mocht je je reis dan weer voortzetten!
Veel gewone kroegen waren er niet, maar wel de nodige bordelen, en het
voorgaande resulteerde erin dat we vaak de nacht in het bordeel doorbrachten.
We werden er geziene gasten, mede doordat we met Yankeedollars betaalden!!
Een leuke anekdote wil ik de lezers niet onthouden:
Op zekere avond waren de Koksmaat en de O.G. de wal opgeweest, en waren door de
plaatselijke Pisco danig in de lorum.
Zij moesten de volgende morgen weer om 6 uur aan boord zijn om brood te bakken
en het ontbijt klaar te maken, maar waren door de lieve meisjes de tijd uit het
oog verloren.
Om een uur of halftwaalf gingen zij de deur uit en liepen al gauw in de armen
van een patrouille.
Ze werden op “gunpoint” staande gehouden, in rap Spaans aangesproken, en
gesommeerd de patrouillewagen in te stappen.
De koksmaat was echter zover heen dat hij de ernst van de situatie niet helemaal
begreep, en pakte de loop van het machinegeweer vast.
Na een hoop heen en weer gepraat en geschreeuw, werden zij dan toch naar de
kazerne afgevoerd, waar iemand zat die een beetje Engels sprak.
Toen het eenmaaal duidelijk werd dat zij hoorden bij de mensen die hen van de
Metula af moesten helpen, werden zij als helden behandeld, en kregen een lift
naar boord!!
De volgende dag kreeg de kapitein een bezoekje van de bevelhebber van het
plaatselijke bataljon, en werd hem verzocht ons ervan te doordringen dat het de
volgende keer wel eens slechter af zou kunnen lopen!!
Op een van onze “boodschappenreisjes” kregen we te maken met een zgn.
Carterexplosie!
Een van de zuigers van onze hoofdmotor liep vast in zijn cilinder, en maakte dat
de motor er abrupt mee stopte. Dit genereerde zoveel energie, dat de oliedampen
in het carter van de motor tot ontploffing kwam.
Het toeval wilde, dat de Olieman van de wacht net op dat moment de kleppen aan
het smeren was.
Lijkbleek kwam hij van tussen de motoren het trapje afgerend! En direct door
naar boven naar dek!! Hij was zeker een half uur niet aanspreekbaar!
We waren op dat moment net onderweg naar de Metula, en we zetten onze reis voort
op ėėn motor. We begonnen direct nadat de andere motor afgekoeld was
deze te demonteren, en kwamen tot de conclusie dat de zuiger zichzelf had
vastgelast, en dus als een geheel met drijfstang en voering gedemonteerd moest
worden.
Toen begon het karwei van het losmaken van deze twee, want we hadden de
drijfstang nodig, die erin zat.
Dit lukte pas, nadat we de hele voering overlangs hadden doorgeslepen, en zo
uiteindelijk het geheel uit elkaar hadden gehaald.
Hierna konden we alles weer in elkaar gaan zetten, en proefdraaien, dit alles
met succes.
In de weken na onze aankomst kwamen er per vliegtuig een heleboel andere mensen
aan die moesten assisteren bij de berging.
Mensen van Smit-Tak, van een kleine Amerikaanse bergingsmaatschappij, die
werkten met zgn.”Flightpumps”.
Heel listige dompelpompen, die verpakt waren in kleine containers, waar een
diesel hydroliek aggregaat een pomp en de nodige slangen inzaten. Deze units
leverden veel problemen op, gingen vaak stuk, etc. Maar ALS ze werkten, dan
gingen ze ook tekeer als beesten, en deden met ėėn pomp meer dan wij
met al onze kleine hatzjes samen!
Na een paar weken arriveerde er ook een Japanse zeesleper, de “North Sea”,
om ons met het vlottrekken te assisteren.
Wij natuurlijk allemaal bij onze “conculega” op bezoek, om hun schip te
“bespioneren”.
Het waren heel goede gastheren, en ze hadden heel veel Sakė, de rest laat
zich raden!
Het was een splinternieuw schip van zo’n 9000 PK, maar de layout ervan was
niet erg logisch. Vooral de werkboot op het achterdek en de grote laadboom in de
achtermast deden ons de wenkbrauwen fronsen.
Ook de hoogte van de plafonds en deuren kostte menigeen een duivenei op de kop!
Later bleek dat hun werkboot erg veel goede diensten kon bewijzen, hij was veel
sneller en zeewaardiger dan onze eigen werksloepen, het geen zeker in het vaak
voorkomend slechte weer een uitkomst bleek.
Na een week of acht bij de Metula naderde de aflosdatum. Iedereen keek uit naar
het verlossende telegram!
Toen dit eindelijk kwam, was het met gemengde gevoelens dat ik de inhoud ervan
las. Iedereen werd afgelost, behalve ik!!
Als pleister op de wonde promoveerde ik echter van leerling Machinist naar derde
Machinist!
Ik had intussen al mijn kamp op de Metula opgeslagen, om hier onze pompjes in de
gaten te houden en meer van dat soort zaken.
Maar toen die boodschap kwam heb ik op de Salvor een klein afscheids- /
promotiefeestje gegeven.
De ouwe ploeg ging, en de nieuwe arriveerde, en ik verhuisde mijn bullen naar de
derde machinisten hut.
Mijn post op de Metula werd overgenomen door de nieuwe leerling, en ik maakte
kennis met mijn eerste “ ondergeschikte”, Twiggy, een graatmagere Olieman
van een jaar of veertig.
Al snel bleek dat Twiggy alleen in zijn borreltje spoog om te voorkomen dat een
ander ervan zou drinken, en ging hij nadat hij op wacht kwam ergens achter een
pomp op een warm plekje zijn roes uitslapen!
Dat kwam erop neer, dat ik behalve mijn eigen werk ook het zijne moest doen!
De eerste keer deed ik dit zonder morren, en stuurde ik hem naar bed voor de
tweede op wacht kwam, maar liet hem bij de brunch weten dat ik dit niet voor
gewoonte ging houden.
Echter toen hij om 12 uur ’s nachts weer als een balletje op wacht kwam,
(nadat de hoofdmachinist al naar boven was gegaan) heb ik hem in niet mis te
verstane bewoording duidelijk gemaakt, dat de volgende keer hij zich bij de
Hoofdmachinist mocht melden.
Ik heb de verdere reis met Twiggy geen problemen meer gehad, hoewel hij in het
weekend wel verdacht uit mijn buurt bleef!
Ongeveer twee weken na de ploegwissel was alle olie overgepompt naar de “Bergeland”,
een Noorse tanker die was ingehuurd voor de klus, en konden we gaan beginnen met
het leegblazen van de tanken.
Hier gebruikten we een compressor voor, die het water door de kapotte bodem
terug drukte, door lucht in de aan de bovenkant hermetisch gesloten tanks te
persen.
Toen de helft van het water eruit was, werden de slepers vastgemaakt.
De Zwarte Zee en de North sea voor, en de Smit Salvor aan het achterschip.
Dit was om niet voor verrassingen te komen te staan, als het schip plotseling
los zou komen.
Na nog een paar dagen pompen en lucht inblazen was het grote moment daar!
Ze kwam los! Gelukkig was het net kenterend tij, zodat we niet al te veel moeite
met haar hadden, en konden we haar veilig naar en andere locatie brengen, waar
ze ten anker ging, en weer aan de grond werd gezet.
Hier kon de rest van de lading worden overgepompt.
Dit was voor mij ook gelijk het einde van deze berging, want toen ze eenmaal los
was, en ten anker lag kon de Salvor vertrekken.
We gingen na bunkeren in Punta Arenas op ėėn motor economische vaart
terug naar Curaçao, waar ik werd afgelost en op huis aan kon. Zo had ik deze
reis een keurig rondje Zuid Amerika gedaan.